Preek Pinksteren 15 mei 2016

Vandaag op het Pinksterfeest wil ik het
hebben over de geest krijgen, wat dat is en hoe je dat zou kunnen
merken.

Ik doe dat aan de hand van twee dingen.
Dit hebt u al gezien op 3 januari. En dit is nieuw.

Maar eerst het woord Pinksteren.

Pinksteren is afgeleid van pentekosta. Dat is een Grieks
woord en het betekent 50.

De Joden uit de tijd van Jezus vierden
vijftig dagen na Pasen feest.

Het Joodse paasfeest gaat onder andere
over de bevrijding uit Egypte, het Angstland. Daar waren de Hebreeën een soort
tweederangsburgers, slaven, wier leven niet telde. Je moest constant bang zijn
dat er iets vreselijks gebeurde. De Uittocht was een bevrijding van de
slavernij van de angst.

In de woestijn was het volk vrij VAN de
onderdrukking, vrij VAN de angst voor lijden en dood.

Maar het volk was nog niet vrij OM TE. De
vrijheid had nog geen invulling. Daarvoor misten ze de inspiratie.

Ergens in die omzwervingen in de woestijn
kreeg Mozes de Wet van God. Alle reden voor een feest. Nu kreeg de vrijheid een
duidelijke invulling. En dat feest werd in de Joodse traditie geplaatst vijftig
dagen na de uittocht.

 

Wet, reden voor een feest? Op zich klinkt
het meegeven van geboden en verboden niet als de reden voor een feestje, maar
regels die gehandhaafd worden maken in elk geval een einde aan het recht van de
sterkste, aan terreur van degenen die wapens hebben en aan willekeur van
machthebbers.

De tweede reden voor een feest heeft te
maken met de bedoeling van de Wet: God dienen en de naaste liefhebben als
jezelf. Alle regels moeten meehelpen om zó samen te leven dat naastenliefde een
kans krijgt en dat iedereen dus meetelt. Vrijheid wordt ingevuld door
naastenliefde.

 

Jezus heeft zijn leerlingen voortdurend en
bij herhaling voorgehouden dat ze moesten leven in een sfeer van naastenliefde:
Ga liefdevol met elkaar om, zoals ik ook met jullie omging. Door te lijden en
te sterven liet hij zien dat je je daarbij niet door angst voor je hachie hoeft
te laten tegenhouden. Je kunt best bang zijn, maar het is altijd de moeite
waard om te blijven leven vanuit naastenliefde. Want jouw leven gaat niet
verloren. Jouw leven staat niet op zichzelf, maar is deel van het eeuwige
leven.

 

Op het moment dat je goed ziet dat jouw
leven deel is van een veel groter leven, zie je ook dat dit voor anderen geldt.
We nemen als mensen allemaal deel aan hetzelfde grotere en eeuwige leven. En
dit LEVEN met allemaal hoofdletters is de levenskracht van God zelf.

Hoe beter je dit door hebt, hoe dichter je
mentaal bij God bent. Jezus zei zelfs: De Vader en ik zijn één. Naastenliefde
is de manier om dat te voelen en te begrijpen.

 

Door zijn leven, zijn lessen, zijn lijden,
zijn sterven en zijn opstaan uit de dood heeft Jezus de leerlingen bevrijd van
hun angst voor de dood. Ze zijn als het ware het Angstland uitgetrokken waar je
altijd weer  bang moet zijn dat er iets vreselijks kan gebeuren.

Maar de leerlingen zijn nog niet vrij OM
TE. Ze hebben nog geen doel om die vrijheid in te vullen, ze missen de
inspiratie om iets te gaan doen.

Ze zoeken elkaar op, bidden, zingen,
vertellen elkaar de verhalen over Jezus nog een keer en wachten in feite verder
af.

God zou de geestkracht sturen die ook
Jezus inspireerde. Dat had Jezus beloofd.

Wat zou dat in vredesnaam zijn?

 

Ze hadden Jezus bezig gezien, gedreven
door die Geest. Hij genas zieken, dreef boze geesten uit en verkondigde het
koninkrijk Gods, het leven vanuit naastenliefde.

Wat zouden de discipelen ook graag deze
vermogens hebben om mensen te genezen, geestelijke belemmeringen weg te nemen
en mensen te motiveren om anders, liefdevoller in het leven te staan.

U zou dat misschien ook wel willen. Ik
zeker wel.

Dan zouden de mensen zien dat je nog eens
iets hebt aan de kerk en het geloof.

 

De leerlingen kregen de Geest en gingen
inderdaad preken met een ongekend enthousiasme, ze genazen zieken en dreven ook
boze geesten uit.

Dat gebeurt nu nog steeds: er wordt soms
met groot enthousiasme gepreekt, er worden soms zieken genezen door gebed -wij
bidden zelf ook voor de zieken die we kennen- en er worden soms ook kwade
machten uitgedreven in de naam van Jezus.

 

Ik geloof zelf dat gebed een genezende
werking kan hebben. We hebben in onze kerk het ritueel van de ziekenzalving en
we weten uit ervaring inmiddels dat mensen hier kracht uit kunnen putten.

Maar genezing door gebed zal nooit het
uithangbord van onze kerk worden: kom maar langs met alles waarvan je last hebt
en wij maken elke dokter of therapeut overbodig.

Jezus gaf zijn leerlingen ook niet de
opdracht mee om te gaan genezen, maar om elkaar lief te hebben. Dat is de weg
waarlangs ze kunnen ontdekken welke kracht de geest van God heeft. En die weg
is ook open voor ons, hier en nu.

 

Naastenliefde helpt om te beseffen dat
jouw leven onderdeel is van het grotere, eeuwige LEVEN met hoofdletters.

Maar dat is denkwerk, levensbeschouwing.

 

We kunnen ook voelen en zien.

We zien vaak genoeg dat mensen die veel te
lijden hebben steeds weer overeind kunnen komen, steeds weer de zon in het
water kunnen zien schijnen, het leven voorrang geven boven de dood en de angst.

 

Dat kunnen we doen dankzij de kracht die
in ons werkt en die we aan het eind van de zondagse voorbeden altijd weer
benoemen. Elk mens heeft in principe een kracht in zich die van God komt en die
ons weer overeind helpt.

En vandaag vieren we dat dus. Dat die
kracht er ook voor ons is.

Vandaag zeggen we nadrukkelijk tegen
elkaar dat het optimisme, het positieve denken, de veerkracht die we waarnemen
bij sommige mensen in ons midden een bron heeft. En dat die bron veel groter is
dan we ons voor kunnen stellen.

Vandaag nemen we die kracht extra serieus
en staan we erbij stil dat ie overal te merken kan zijn: in het samen zingen,
het bidden, het brood en de wijn, de verhalen die we elkaar vertellen.

 

We vergeten niet dat het leven gewoon
weerbarstig is en heus niet vlekkeloos zal worden vanaf tweede pinksterdag,
maar is dat een reden om niet blij te zijn dat er ook die kracht is die ons
steunt, altijd? Die vrede van God die alle verstand te boven gaat en die ons
bewaart?

 

Amen.