20171001 Tegen je zin het goede doen?

Geliefde gemeente,

Het evangelieverhaal behoeft vandaag weinig uitleg: zeg wat je doet en doe wat je zegt.

Daar kan iedereen het wel mee eens zijn, denk ik.

Vandaag gaan we kijken naar de tweede lezing. In de voorbereiding heb ik zelf gekeken naar de Griekse tekst. Ik kwam erachter dat ik zelf voor een iets andere vertaling zou kiezen. Om die andere vertaling een beetje te kunnen volgen heb ik die afgedrukt met mijn eigen commentaar. De preek van vandaag is eigenlijk een uitleg, een poging om te begrijpen wat Paulus bedoelt.


Als er ook maar enige bemoediging (bij jullie is) in Christus,

als er ook maar enige troost van (zijn) liefde (is),

als er ook maar enige bijstand van de Heilige Geest (is),

als er ook maar enige hartelijkheid en barmhartigheid (is),

 

Het dagelijks leven is niet altijd even gemakkelijk en soms ronduit lastig en vijandig. Maar altijd weer komt het licht erdoorheen: de inspiratie door Jezus de steun die je soms kunt ervaren van de Heilige Geest en ook heel eenvoudig hartelijkheid en vriendelijkheid van de mensen om je heen, want God werkt ook via ons mensen.

Als je dat dus in de gaten hebt, zet dan nog een stap en richt je hele aandacht daarop.

maak dan mijn blijdschap compleet

door datzelfde bewust tot je door te laten dringen,

dat jullie dezelfde liefde (van God) hebben / voelen,

dat jullie je (dus) bewust zijn van hetzelfde.

 

Je kunt je eensgezind voelen door conflicten uit de weg te gaan, of op te lossen, maar Paulus draait het eigenlijk om: Wees je er nu van bewust dat jullie allemaal leven door Gods liefde. Jullie putten allemaal uit dezelfde bron. 

Handel niet uit eigenbelang of ijdele eerzucht, maar zie anderen als belangrijker dan jezelf. Kijk niet alleen naar je eigen zaken, maar ook naar die van anderen. Laat dat bewustzijn in je zijn dat ook in Christus Jezus (was):

 

 

Jezus is geen ethisch voorbeeld in de trant van: Kunnen jullie niet wat vriendelijker en wat eensgezinder zijn, want dat wil Jezus toch? 

Nee, het begint bij de liefde en de troost van God die we voelen, bij de hartelijkheid van de mensen om ons heen die we opmerken. Die zijn er al.

Paulus zegt dan: durf dat nou eens serieus te nemen en helemaal bewust tot je door te laten dringen en zet de volgende stap door die troost van God en de hartelijkheid van anderen niet als “mooi meegenomen” te zien, maar als uitgangspunt voor je leven: daar gaat het om, daar leef je voor en daar merk je aan dat God jou in het leven heeft gewild. Dat is jouw levenskracht.

Dan komt er een tip om jezelf op de goede weg te houden: let wat minder op je eigenbelang en probeer anderen als belangrijker te zien dan je zelf bent.

Dan laat je je goddelijke kant meer naar buiten komen. Kijk maar naar Jezus.

Die de benoeming “Goddelijk” niet hoefde te stelen, omdat hij God IS, maar hij kleedde zich uit (deed afstand van alle eervolle benoemingen) door de benoeming van dienaar te accepteren en ter wereld te komen in de gedaante van een mens.

En toen hij zichzelf gevonden had in het doen en laten van een mens, heeft hij zichzelf vernederd en werd hij gehoorzaam tot de dood, de dood zelfs aan het kruis.

 

 

Jezus laat zien wat vrijheid is. 

Mensen zijn zoogdieren en dus onderworpen aan diepere instincten: zoogdieren willen overleven en zich voortplanten. Vrij zijn wordt dan al gauw: je vrijgemaakt hebben van allerlei belemmeringen die dat overleven en voortplanten in de weg staan. De vrijheid die Jezus laat zien is niet vrij zijn VAN de bemoeienis van anderen, maar vrij zijn OM lief te hebben, te leven vanuit naastenliefde, zoals God ons mensen bedoeld heeft. Jezus gaat in tegen alle druk die onze instinctieve drijfveren ons opleggen: hij doet vrijwillig afstand van zijn goddelijke status, hij kiest voor een bestaan als dienaar en neemt intussen een menselijk bestaan aan en is dus ook vatbaar voor dezelfde druk van menselijke instincten waar alle mensen last van hebben. Maar hij luistert naar een andere stem, een andere drijfveer en maakt zich dus vrij van de druk om te moeten overleven en zich voort te moeten planten. De gehoorzaamheid van Jezus is niet zozeer dat hij van God allerlei opdracht krijgt en regels om zich aan te houden, waar hij eigenlijk geen zin in heeft. Jezus handelt niet tegen zijn zin in. Gehoorzamen in de bijbel heeft vaak te maken met luisteren naar een andere stem, eentje waarvan je diep in je hart weet dat die waar is en goed, ook al wordt het wat moeilijk om aan die andere stem gehoor te geven. De wil van God doen is in de bijbel uiteindelijk altijd toegeven aan wat je heel diep in je hart eigenlijk heel graag wilt. Iets in de trant van: Eigenlijk wil ik diep in mijn hart heel graag dat alle mensen op de wereld het goed hebben; ik zou daar eigenlijk wel alles voor over willen hebben, maar ik doe het niet, want ik kan heel moeilijk geloven dat het echt iets uitmaakt wat ik doe en ik laat me toch wel meetrekken door de zorgen van alledag, dus door mijn instincten vanuit mijn biologische bestaan: uiteindelijk wil ik wel overleven.

Jezus koos dus anders. Hij wist ook niet zeker dat het echt zou helpen als hij er alles voor over had en dus zou sterven. Hij was ook bang in de hof van Getsemane. Maar hij bleef luisteren naar die diepre stem. En dat is wat Paulus gehoorzaamheid noemt.

Daarom heeft God hem hoog verheven en hem de naam gegeven die boven alle namen uitgaat.

 

De naam “Jezus” betekent “God redt”. God heeft in de opstanding van Jezus duidelijk gemaakt dat het misschien best logisch is als wij mensen ons laten leiden door onze diepe instincten die we als zoogdieren nu eenmaal hebben. En er is ook niets mis met proberen goed voor jezelf te zorgen en om kinderen te krijgen. Maar laat dat geen gevangenis zijn die je hele leven beheerst. Laat de angst of het wel allemaal goed komt niet de achtergrondmuziek van je leven zijn. Laat de onverschilligheid dat het leven toch geen zin heeft of dat het niet uitmaakt of we ons inzetten voor een beter milieu of een rechtvaardige wereld ons niet verlammen en opsluiten in cynisme. Wij mensen hoeven niet altijd voorrang te geven aan de stem van onze instincten, we kunnen kiezen voor liefde, naastenliefde, hartelijkheid, barmhartigheid. 

En ook al lijken dat soort wegen dood te lopen, vertrouw erop dat het toch zin heeft, omdat God wel raad weet met wegen die dood lijken te lopen.

De opstanding uit de dood is geen beloning voor de mens Jezus die zo gehoorzaam was.

Het is een teken voor ons dat we ons geen zorgen hoeven te maken als we kiezen voor een stem en voor een verlangen dat nog dieper zit dan de stem van ons zoogdiereninstinct: liefde.

En dat maakt ons vrij om tegen ons zoogdieren instinct in toch af en toe en misschien wel steeds vaker, te luisteren naar die andere stem in ons, te luisteren naar ons verlangen dat het leven goed is voor iedereen op aarde. 

 

 

Opdat in die naam van Jezus (God redt) iedereen knielt, in de hemel, op aarde en onder de aarde en opdat iedereen roept: Jezus Christus is Heer, tot glorie van God de Vader.

Daarom moeten jullie, geliefde (gemeente), niet alleen maar gehoorzaam zijn als ik er ben, maar laat (die stem van jullie) redding vooral in mijn afwezigheid zijn werk doen met vrees en huiver. Want het is God die heel graag in jullie werkt om (de echte, diepere vrijheid) te willen en daarnaar te handelen.

 

 

Paulus komt nu terug bij het begin: wij mensen kunnen die echte diepere vrijheid, die ons mensen verlost van de toe grote druk van onze normale zoogdiereninstincten, niet bereiken door met veel moeite en eigenlijk tegen onze zin in morele keuzes te maken. We kunnen die vrijheid alleen bereiken door aan te sluiten bij wat we al van God merken aan liefde, steun van de Heilige Geest en hartelijkheid en barmhartigheid van andere mensen, Want ook die komt van God. En als we dat tot ons door laten dringen, kiezen we vanzelf voor het goede, uit vrije wil.

En Jezus heeft duidelijk gemaakt dat dit soort keuzes zin hebben.  

 

 

Amen.