‘Wondertekenen zal ik tonen aan de hemel en op aarde: bloed, vuur en paddestoelen van rook.’
Dat schreef de profeet Joël en ik schrok toen ik die woorden las.
Ik ging lezen wat er aan de woorden die we vandaag hoorden vooraf ging.
‘Het veld is verwoest, de dorre grond treurt, want het koren is vernield, de wijn verdroogd, de olie verloren.’
Pinksteren is het feest van de uitstorting van de Heilige Geest.
De Trooster, de Moedgever, de bron van inspiratie die maakte dat de discipelen hun angst overwonnen en naar buiten gingen om te vertellen over hun geloof.
Maar de woorden van de profeet Joël doen meer denken aan oorlog. Bijvoorbeeld de oorlog in Oekraïne.
Verwoesting, bloed, vuur; en dan die paddestoelen van rook.
Er zijn natuurlijk al heel wat mensen geweest die dachten dat de profeet de atoombom heeft voorspeld, want een ontploffing van zo’n bom ziet er net uit als een paddestoel van rook.
Ik geloof dat niet.
Ik geloof dat profeten in de bijbel misschien in grote lijnen en met krachtige beelden konden schetsen wat het volk te wachten stond. Zoals we nu soms ook kunnen voelen dat ons iets naars te wachten staat.
Ook nu zijn er mensen die ons een toekomst vol klimaatrampen weten te schetsen.
En als we niet anders gaan leven zal dat ook wel gebeuren.
Maar profeten waren toch vooral mensen die de dingen die in hun eigen tijd gebeurden zagen en een oplossing schetsten.
Joël leefde volgens sommige geleerden vlak voordat het volk Israel in ballingschap ging.
Er was al jaren oorlog en onzekerheid. Het land lag er inderdaad verloederd bij.
En dat schetsten de profeten.
Alsof ze tegen het volk zeiden: Denk niet dat het allemaal wel mee zal vallen. Het gaat gewoon grandioos mis hier bij ons.
De oplossing die de profeten schetsten is ook nooit goedkoop.
Er wordt nooit voorspeld dat iemand met een toverstafje de boel oplost, de vijanden wegjaagt en ervoor zorgt dat er weer te eten is.
Het eerste deel van het boek Joël neemt ons mee in de verwoesting, de ondergang.
Maar in het tweede deel horen we woorden zoals we vandaag hoorden.
In die verwoesting komt de geest van God.
Daar kun je voor kiezen en dan ben je gered.
Je hoort wel eens zeggen: ‘Nood leert bidden’.
En daar zit best iets in.
Als je in nood zit en geen kant meer uit kunt, voel je wat er echt toe doet in je leven.
Je voelt ook hoe nietig je zelf bent en dat je bestaat dankzij een kracht die onbegrijpelijk veel groter is dan jij zelf bent.
Vreemd genoeg sta je veel makkelijker open voor de geest van God als je in nood zit dan wanneer je leven op rolletjes loopt.
De leerlingen hebben ook zoiets meegemaakt, geen kant uit kunnen en dan ineens de geest krijgen.
Ze zaten bij elkaar in een groot huis met de deuren op slot.
Bang voor de joodse leiders.
Bang om hetzelfde lot te ondergaan als hun meester Jezus.
En dan staat er zo simpel dat Jezus ineens in hun midden stond en zei: Vrede zei met u!
Kennelijk waren ze geschrokken van die plotselinge verschijning.
Hij blies op hen.
Het zei: Ontvang de heilige geest.
Als je zo in nood zit dat je alleen nog maar kunt bidden.
Als je geen toekomst voor je ziet, omdat alles wat je dierbaar was verwoest is.
Als je je uit angst helemaal afgesloten hebt van de buitenwereld.
Dan kan de geest van God binnen komen.
Dat is de boodschap van Pinksteren.
Hoe kan dat?
Misschien wel omdat je in die situaties des te beter voelt dat je leeft en dat je dat leven gekregen hebt.
Dat er iets is dat sterker is dan jij ooit kunt zijn.
Dat degene die jou je leven heeft gegeven je ook weer zal opvangen.
Maar dat moet je dan wel durven te geloven.
Dat is het punt.
De profeet Joël zegt: Alwie de naam van God aanroept wordt gered. De naam van God luidt: ‘Ik Ben’. Ik leef.
Wat kunnen we met dit verhaal van Pinksteren?
Het kan ons troost en kracht geven als we in persoonlijke moeilijkheden zitten.
We kunnen erop verdacht zijn dat er op een of andere manier kracht en inspiratie komt om het vol te houden.
Om een eind te maken aan de verlamming door de angst om wat er allemaal nog meer kan gebeuren.
Om te voelen dat we hoe dan ook leven en in goede handen zijn. Wat er ook gebeurt.
Het kan ons ook moed geven als we het dagelijkse nieuws onder ogen zien.
Klimaatrampen die voorspeld worden, oorlogen die steeds heviger lijken te worden, geweld in de samenleving, discriminatie die toe lijkt te nemen.
De profetie van Joël laat zien dat een dieptepunt ook een omslagpunt kan zijn.
We kunnen misschien ook wat moed putten uit het verhaal van Pinksteren als we kijken naar onze eigen parochie.
Op de gemeentevergadering hebben we geconstateerd wat we al wel vaker onder ogen zien. We zijn klein en we zijn oud en er lijkt geen stralende toekomst te zijn weggelegd voor onze kleine parochie.
Met Pinksteren kunnen we zeggen: En wat maakt dan dat we toch zo trouw blijven komen?
Iedere parochiaan heeft kennelijk een eigen reden om steeds weer bij elkaar te komen.
En kennelijk is dat een sterke reden, want er zijn genoeg andere dingen te doen op de zondagochtend.
Kennelijk is er iets dat ons drijft, motiveert om bij elkaar te komen en eucharistie te vieren.
Dat is het allerbelangrijkste en dat moeten we koesteren.
Natuurlijk proberen we van tijd tot tijd iets.
De laatste maanden probeer ik in de taal van buiten de kerk in gesprek te komen met mensen uit Den Helder, om duidelijk te maken waar het in de kerk over gaat. Mensen vinden die gesprekken vaak de moeite waard en ik ben aan het bedenken hoe we aan die video-gesprekken die nu op onze website staan wat meer bekendheid kunnen geven.
Dat zijn dan een soort richtingaanwijzers in de zin van: bij ons kunt u op zoek gaan naar de zin van uw leven en naar wie God voor u is.
Ik hoop dat op den duur af en toe mensen naar ons toekomen en dan meemaken wat de mensen in Jeruzalem meemaakten: ze hoorden spreken over God in hun eigen taal, in woorden die ze begrepen en die hen enthousiast maakten.
Ik hoop dus dat we zo af en toe door het jaar heen iets van Pinksteren kunnen merken.